“Je hoeft maar een beetje te planten en dan komt veel vanzelf”

IMG_5401-caroline

Caroline de Jong, inwoner van Nationaal Park Hollandse Duinen, is zeer enthousiast over het project Groene Tuinen in Hollandse Duinen en geniet volop van haar tuin. Ze deelt haar ervaring en tips graag met jou:

“Een initiatief als Groene Tuinen in Hollandse Duinen juich ik toe. Het helpt de biodiversiteit in stand houden en vergroten. Dat is zeer waardevol. Een groene tuin is ook veel leuker dan een tuin met uitsluitend stenen en tegels. Ik heb nog nooit merels met hun snavel in een steen zien hakken. Ik heb ze wel in aarde zien wroeten. Als je een groene tuin hebt, komen ze vanzelf en kun je ze zien en horen. Dat is toch heerlijk die vogels die in je tuin een concert geven? Je hebt het gevoel dat je midden in de natuur zit.
 
Een veel gehoord argument van mensen die geen groene tuin willen, is dat ze er veel tijd aan kwijt zijn. Dat is een misverstand. Je hebt ook allerlei planten waar je weinig omkijken naar hebt. Robuuste vaste planten. Ze geven elk seizoen veel kleur. Struiken kun je natuurlijk ook planten, en bomen. Een boom is fijn voor vogels. Daarin kunnen ze zich verschuilen. Je moet alleen wel oppassen dat je niet een boom plant die te groot wordt voor je tuin. Het mooiste wat je in een tuin kunt hebben is een inheemse eik. Die trekt veel insecten, wat vogels fijn vinden. Maar die wordt wel groot.
 
Als je geen zin hebt om je tuin te onderhouden, kun je ook voor een wilde tuin kiezen. Onze tuin is voor een deel wild. Sneeuwklokjes, Vergeet-mij-nietjes, Sleutelbloemen, Koekoeksbloemen, Vingerhoedskruid, Prachtklokjes en Ruige Klokjes komen elk jaar vanzelf terug. Net als het Koninginnekruid. Dat is een plant die veel vlinders aantrekt, zoals de Atalanta en de Gehakkelde Aurelia. Dat is toch gaaf als je die in je tuin ziet? Ik geniet daarvan. De rupsen overleven op brandnetels. Die zijn dus nuttig. Al vind ik dat we er in Nederland wel heel veel van hebben.
 
En dan heb je nog de “onkruiden”. Fluitenkruid, Robertskruid, blauwe Ossentong en gele Stinkende Gouwe. Die komen vanzelf. ‘Vrijwilligers’ worden ze in België genoemd. Je hoeft er alleen maar voor te zorgen dat er niet te veel van zijn. Pas alleen op voor Zevenblad. Die is ooit door de Romeinen meegenomen naar Nederland. Daar heb ik een zero tolerance beleid voor. Die woekert als een gek en is moeilijk weg te krijgen. Je kunt ‘m overigens wel gebruiken om pesto van te maken. Dat is zijn lot.”